Dag 11, maandag
56,2 KM, 10,0 KM/H
HM (volgens Bikemap): 590 HM
Als ik opsta schijnt het zonnetje en lijkt de wind te zijn gaan liggen, mijn Poolse vriend is een uitslaper en zie ik pas als ik alles bijna heb ingepakt. Hij is vlak naast mij gaan staan, wij nemen afscheid en ik beloof hem te mailen.
De schijn bedriegt andermaal, want wederom is de wind eenmaal onderweg erg sterk, misschien iets minder sterk dan gisteravond, maar het scheelt niet veel. Ik doe bijna een uur over de tien kilometer naar Gulfoss, een bekende waterval.
Onderweg haal ik nog een tweetal in zonder bagage, waarvan er één op een klimmetje zelfs moet lopen. Volgens mij zijn het dezelfden als gisteren, toen ik laat ook nog een paar fietsers aan zag komen, toen met bagage, waarvan er ook eentje moest lopen.
Ik neem even een kijkje bij Gulfoss, een behoorlijke waterval, maar heel spectaculair vind ik hem niet, waar het nu nog rustig is.
Na Gulfoss wordt de omgeving langzaamaan weer wat ruiger en het blijft ploeteren tegen de wind in. Als ik even pauzeer komen er drie mannen op de fiets voorbij, zij gaan wel de goede kant op, dat wil zeggen met de wind mee.
Langzaam zie ik een klim opdoemen naast een hoge berg, daar aangekomen komt een Duitse vrouw mij tegemoet fietsen. Zij is twee weken in Ijsland en heeft één dag slechts vijftien kilometer gedaan door de wind, het merendeel lopend. Zij legt mij uit waar ze de afgelopen nacht heeft geslapen, bij een boerderij waar ook koffie te drinken is.
De klim van zo’n drie kilometer neemt zeker een uur in beslag, de weg is dan inmiddels alweer even onverhard en met de wind is het onmogelijk op de iets vlakkere stukken uit te rusten. Dat betekent dus regelmatig stilstaan om uit te rusten. Ook vul ik mijn bidons nog een keer met water uit een beekje, waarbij mijn fiets wederom omvalt, niet de eerste keer deze vakantie. Nu is het zadel, die al een beetje kapot was gegaan, zo kapot gegaan dat ik die vanavond toch echt met duct tape moet gaan maken.
Hierna volgt een afdaling en heb je weer het gevoel in de middle of nowhere te zitten. Een redelijk vlak gebied voor mij, met links en rechts bergen, ijskappen en een meer recht vooruit. In de afdaling meen ik al fietssporen te zien en jawel, bij wegwerkzaamheden, jazeker ook hier doen ze daaraan, hoewel je dat niet altijd zal zeggen, haal ik ze bij. Een Duits stel dat ik gisteren bij Geysir ook nog heel even gesproken heb, zij zijn die dag nog verder gegaan.
Opvallend is dat na de klim de wind een heel stuk minder is, terwijl je zou denken dat juist bij het klimmen je een beetje in de luwte van de heuvel zou fietsen, misschien is de wind gewoon wat gaan liggen. Als ik bij de overnachtingsmogelijkheid van de Duitse vrouw aankom twijfel ik even, maar ik besluit verder te fietsen het is vier uur en de volgende camping is 28 kilometer verder, maar zoals het nu gaat moet dat te doen zijn.
Maar al snel besluit ik dat dat geen doen is, de weg wordt weer slechter en de wind waait weer volop. De camping ligt zo’n tien kilometer van de weg af en lijkt op de kaart behoorlijk wat hoogtemeters te hebben. Ik besluit naast de weg een kampeerplekje te zoeken. Dit valt nog niet mee, een beetje een beschut plekje is niet te vinden en egaal is het plekje ook niet, hoewel ik wel weer op het zachte mos sta. Water is er ook weer niet heel erg in de buurt, maar met de bidons nog vol moet dat geen probleem zijn.
De omgeving is trouwens weer prachtig, de directe omgeving is redelijk vlak, bedekt met mos. In de verte hogere heuvels, een ijskap, een gletsjer die in een meer uitkomt…echt lang geniet ik er echter niet van, om zeven uur lig ik al in bed. De harde wind maakt het erg koud, wel heb ik mijn crankstel (inmiddels krengstel genoemd door mij, hoe origineel ;)) nog een keer goed aangedraaid. Deze raakt inmiddels weer regelmatig los, vandaag zeker een keer of vijf.
Een probleem dat ik al eerder heb gehad, waaronder de twee weekenden die ik fietste voordat ik naar Ijsland ging. Ik ben nog naar de fietsenmaker geweest, deze heeft hem vastgedraaid en met loctite vastgezet, maar dat mag onder deze omstandigheden niet baten. Het is zelfs zo erg dat ik heb besloten hem vanavond nog een keer zo vast mogelijk te zetten en als die morgen nog één keer los komt ik omdraai.